Meneer Pienter

Drie op de tien Nederlanders (28,7%) heeft beperkte gezondheidsvaardigheden en problemen met het vinden, begrijpen, beoordelen en/of toepassen van gezondheidsinformatie (Pelikan et al., 2012).

Wanneer we nog breder kijken en aspecten als motivatie en zelfvertrouwen meenemen dan blijkt dat iets minder dan de helft van de Nederlanders (48%!) moeite heeft om zelf de regie te voeren over gezondheid en ziekte en daar ondersteuning bij nodig heeft.
Mensen met lage gezondheidsvaardigheden hebben slechtere gezondheidsuitkomsten, minder goede ervaringen met de zorg en maken meer kosten.

Patiënten krijgen van het de dokter, de zorginstelling of de apotheek informatie (folders) mee naar huis die veel van hen niet kunnen lezen of niet begrijpen. Met als gevolg dat deze zich niet goed voorbereidt of trouw is aan de therapie. Men weet niet goed wat men moet doen of wat men juist moet laten. Met alle gevolgen van dien.

Aan de andere kant vinden veel patiënten het fysiek kunnen meenemen van bijvoorbeeld een folder toch prettig. Hoog tijd dus dat de informatievoorziening (én de folder) wordt geoptimaliseerd.

Naast groepen als allochtonen, lager opgeleiden en ouderen, ontberen ook kleine kinderen gezondheidsvaardigheden. Simpelweg om het feit dat ze nog geen ervaring hebben met zorg en de juiste kennis en informatie missen.

In Nederland is 1 van de 5 kinderen van 4 tot 12 jaar langdurig ziek (CBS, 2008). Astma, diabetes en chronische bronchitis komen het vaakst voor.
Betere en specifieke informatie voor kinderen zorgt ook voor méér betrokkenheid van kinderen en daarmee voor een hogere therapietrouw en stress reductie.