Er zijn momenteel diverse interventies met als doel om kinderen met minder angst en stress de operatiekamer in te laten gaan. Echter, we zien dat ieder ziekenhuis hierbij zijn eigen beleid hanteert.
Bij een ziekenhuisopname krijgen kinderen te maken met het loslaten van hun eigen controle en onbekende omgevingen, mensen en materialen. Verder zijn ouders frequent nerveus voor een operatie van hun kind en na de operatie hebben ze vaak zorgen over het herstelproces. Uit onderzoek is gebleken dat meer dan de helft van de kinderen die een ingreep krijgt, angst ervaart. Dit kan zich uiten in de vorm van boosheid, teruggetrokken gedrag, bedplassen, slaapproblemen en andere somatische klachten. Een ander gevolg is dat kinderen een negatieve associatie ontwikkelen met betrekking tot het ziekenhuis. Hierdoor kunnen er op lange termijn problemen ontstaan. Denk hierbij aan verzuim om naar de huisarts of ziekenhuis te gaan op latere leeftijd. Bovendien wordt preoperatieve angst en stress bij jonge kinderen die een operatie hebben ondergaan geassocieerd met een pijnlijker postoperatief herstel en een hogere incidentie van slaap- en psychosociale problemen. Als kinderen meer pijn ervaren zal er mogelijk meer gebruik worden gemaakt van pijnstillers, wat onnodige bijwerkingen tot gevolg kan hebben. Verder zorgt angst voor minder medewerking van kinderen bijvoorbeeld bij het onder narcose brengen.
Een goede voorbereiding op een operatie zou kunnen helpen de bovengenoemde psychosociale en somatische klachten te verminderen. Onze doelstelling van afgelopen jaar was om te achterhalen waar ouders en kinderen behoefte aan hebben, aangaande de voorbereiding op de operatie. Gebaseerd op de resultaten van dit onderzoek, hebben we een universele en tijdloze interventie bedacht in de vorm van een bordspel. Om dit te bereiken hebben we enquêtes afgenomen bij ouders, kinderen en zorgprofessionals binnen de kindergeneeskunde. Naar aanleiding van deze informatie hebben we onderzocht in welke hoedanigheid de voorbereiding op operaties bij kinderen verbeterd kan worden. In samenwerking met medewerkers van het Rijnstate ziekenhuis en met de hulp van medisch pedagogisch hulpverleners van het Slingeland ziekenhuis hebben we gewerkt aan een oplossing voor onze probleemstelling.